De varianten 2000 en 2100 zijn zo eenvoudig te bedienen als een Unmanaged Switch, maar bieden de functies en netwerkstabiliteit van een Managed Switch. In de unieke unmanaged mode gedraagt de switch zich als een Unmanaged Switch. Dat betekent: u hoeft deze niet te configureren en hij krijgt geen IP-adres. In tegenstelling tot een klassieke Unmanaged Switch zorgt hij echter toch voor een robuuster machinenetwerk, want op de achtergrond zijn redundantiemechanismen en filterfuncties actief. De 2008F-variant is bijzonder plat: Met een bouwdiepte van slechts 37 mm vanaf de DIN-rail past deze in elke schakelkast.
Industrial Managed Switches 2000 en 5900 Dankzij een eenvoudige inbedrijfstelling en een groot aantal varianten met op de toepassing af te stemmen functies en bouwvormen wordt door de Managed Switches 2000 en 5900 een economisch management van uw Ethernet-netwerk mogelijk gemaakt. De switches bieden naast een uitgebreide functie-omvang ook communicatie via glasvezel alsmede toelatingen voor maritieme toepassingen en de procesindustrie.
Voor elke toepassing de juiste variant
De Switches 2200 en 2300 beschikken over 5 tot 16 poorten en verschillende glasvezelinterfaces (SC, ST/BFOC, SFP). Zo kunt u niet alleen uit een groot aantal varianten de optimale poort-constellatie voor uw toepassing kiezen, maar met de 2300-varianten ook profiteren van Gigabit-communicatie. Dankzij het brede temperatuurbereik (-40 °C … +70 °C) en de redundante voeding kunt u de switches ook onder ruwe omgevingsomstandigheden toepassen. Dankzij de bijbehorende toelatingen zijn ze ook geschikt voor maritieme toepassingen (GL/DNV, BV, ABS, LR, RINA) en voor gebruik in de procesindustrie (ATEX, IECEx). Daarnaast zijn er ook speciale varianten beschikbaar die moderne communicatietechnologieën zoals TSN of SPE ondersteunen.
De 2400- en 2500-varianten bieden dezelfde functies als de 2200- en 2300-varianten, maar hebben een platte bouwvorm voor gebruik in platte schakelkasten. Ze zijn eveneens geschikt voor toepassing in de installatiebouw, in de infrastructuursector en dankzij de overeenkomstige toelatingen ook voor maritieme toepassingen (GL/DNV, BV, ABS, LR, RINA). De 2500-varianten bieden Gbit-communicatie. Dankzij het brede temperatuurbereik (-40 °C … +70 °C) en de redundante voeding kunt u de switches ook onder ruwe omgevingsomstandigheden toepassen.
De FL SWITCH 5900-productfamilie biedt alle functies van de 2200-/2300-serie, maar is speciaal ontworpen voor gebruik in 19"-kasten. Met in totaal 28 Gigabit-poorten, inclusief maximaal vier 10 Gbit/s uplinks (SFP+), leveren de Rackmount Switches sterke prestaties en hoge flexibiliteit. Dankzij combo-poorten en SFP-poorten zijn veelzijdige aansluitmogelijkheden voor koper- en glasvezelcommunicatie gegarandeerd. De 19"-switches bieden ook uitgebreide TSN-functionaliteit voor tijdkritieke toepassingen. Een optionele redundante voeding verhoogt de uitvalveiligheid.
De switches in de 2000- en 5900-familie hebben tal van security-functies
Security-functies
Voor beveiliging tegen onbevoegde toegang tot het apparaat en het netwerk ondersteunen de Managed Switches uit de 2000- en 5900-serie belangrijke security-functies, in overeenstemming met de eisen van IEC 62443-4-2, zoals:
• Rolgebaseerd gebruikersbeheer
• Servergebaseerde gebruikersverificatie via LDAP en RADIUS
• Port-Security, bijv. via RADIUS/802.1x
• Versleutelde toegang tot gebruikersinterfaces via SSH en HTTPS
• Versleutelde bestandsoverdracht (configuratiebestanden, firmware-updates) via HTTPS/TLS
• Beheer van certificaten
• Vertrouwde webserverweergave
• Alle interfaces kunnen worden gedeactiveerd (modusknop, SD-slot, poorten, protocollen)
• Melding van incidenten via syslog of SNMP
Het ontwikkelingsproces voor de apparaten is bovendien gecertificeerd volgens IEC 62443-4-1.
SFP-poorten maken een nog flexibelere toepassing van de switches met lichtgeleiderkabel mogelijk
Flexibel toepasbaar
De Switches beschikken over 5 tot 28 poorten en verschillende glasvezelinterfaces (SC, ST/BFOC, SFP, SFP+). U kunt niet alleen de optimale poortconstellatie voor uw toepassing kiezen uit een groot aantal varianten, maar u profiteert ook van een hoge datadoorvoer tot 10 Gbit/s. Of het nu gaat om weinig ruimte op de DIN-rail, vlakke installatieomstandigheden, montage in de buurt van IT in een 19”-serverkast of een robuust apparaat met een uitgebreid temperatuurbereik, u vindt de juiste Managed Switch in het 2000- en 5900- switchportfolio.
De FL SWITCH 2000 en 5900 ondersteunen het redundantiemechanisme MRP
Netwerken diagnosticeren en uitvaltijden minimaliseren
Redundantiemechanismen zijn bijzonder belangrijk voor hoog beschikbare netwerken. De Managed Switches 2000 en 2100 ondersteunen zowel het Rapid Spanning Tree Protocol (RSTP) als het Media Redundancy Protocol (MRP). Alle andere varianten van de 2200-, 2500- en 5900-familie ondersteunen daarnaast ook Link Aggregation (LACP), Fast Ring Detection en Large Tree Support. Zo zorgen de switches fabrikant-onafhankelijk voor minimalisering van de uitvaltijden door netwerkfouten of per ongeluk in een ring aangesloten netwerkbekabeling.
Daarnaast kunnen fouten in het netwerk dankzij talrijke diagnosefuncties (bijv. SNMP, syslog, Port Mirroring) snel worden gelokaliseerd en verholpen. In geval van onderhoud op afstand wordt zo ook toegang verkregen tot belangrijke apparaatinformatie.
In geval van uitval van een apparaat maken DHCP-server-functionaliteiten voor IP-adrestoekenning een eenvoudige en snelle vervanging van het defecte apparaat mogelijk (alleen beschikbaar in de varianten 2200-2500 alsmede 5900).
De universeel toepasbare Managed Switches ondersteunen PROFINET- en EtherNet/IP™-functies
Optimale integratie in PROFINET- en EtherNet/IP™-netwerken
Dankzij de geïntegreerde PROFINET-device functie zijn de Managed Switches 2200-, 2500- en 5900-familie PROFINET Conformance Class B en kunnen ze volledig via PLCnext Engineer of TIA-Portal worden geconfigureerd en gediagnosticeerd. In de MRP-ring kunnen de switches als manager, maar ook als client worden gebruikt. Met LLDP ondersteunen de switches bovendien een automatische herkenning van de netwerktopologie.
Voor EtherNet/IP™-netwerken ondersteunen de switches functies voor multicast-filtering (IGMP/Snooping, IGMP-Querier, Multicast Source Detection).
De Managed Switches van de familie 2000 en 5900 bieden talrijke configuratiemogelijkheden
Veelzijdige configuratiemogelijkheden
Bij de configuratie van de Managed Switches is de keuze aan u. Via de SD-kaartslot kunt u de switches comfortabel door middel van een geheugenkaart configureren. Zo hoeft wanneer er een apparaat uitvalt, de vervangende switch niet opnieuw te worden geconfigureerd, maar alleen maar te worden voorzien van de geheugenkaart. De switches bieden een gebruikersvriendelijk web based management voor het geval uw voorkeur uitgaat naar een configuratie via de webinterface.
Voor configuratie via managementsoftware, zoals FL NETWORK MANAGER, of direct vanuit de besturing ondersteunen de switches SNMP. Wilt u de apparaten direct configureren zonder gebruikmaking van een webinterface of software, dan bieden CLI-commando's of de Smart Mode-knop direct op het apparaat een geschikte oplossing.
Overzicht van de Managed Switches
Krijg een overzicht van de technische kenmerken van de Switches 2000 en 5900
|
|
|
|
|
---|---|---|---|---|
FL SWITCH 2000 en 2100 | FL SWITCH 2200 en 2300 | FL SWITCH 2400 en 2500 | FL SWITCH 5900 | |
Overdrachtssnelheid | 10/100 Mbit/s (FL SWITCH 2000), 10/100/1000 Mbit/s (FL SWITCH 2100) | 10/100 Mbit/s (FL SWITCH 2200), 10/100/1000 Mbit/s (FL SWITCH 2300) | 10/100 Mbit/s (FL SWITCH 2400), 10/100/1000 Mbit/s (FL SWITCH 2500) | 10/100/1000 Mbit/s, 10 Gbit/s |
Jumbo frames | alleen voor de varianten 2100 | alleen bij varianten FL SWITCH 2300 | alleen bij varianten FL SWITCH 2500 | ja |
Alarmcontact | - | Ja (digitale uitgang) | ja (relaiscontact) | - |
Temperatuurbereik | 0 °C ... +60 °C | -40 °C ... +70 °C | -40 °C ... +70 °C | -10 °C ... +60 °C |
Voedingsspanning | 18 V DC ... 32 V DC | 12 V DC ... 57 V DC (redundant) | 18 V DC ... 32 V DC (redundant) | 100 V AC ... 240 V AC |
Filterfuncties | Quality of Service, VLAN, Multicast / IGMP Snooping | Quality of Service, VLAN, Multicast / IGMP Snooping | Quality of Service, VLAN, Multicast / IGMP Snooping | Quality of Service, VLAN, Multicast / IGMP Snooping |
Redundantie | RSTP, MRP-client | RSTP, MRP Manager/Client, FRD, LACP, Large Tree Support | RSTP, MRP Manager/Client, FRD, LACP, Large Tree Support | RSTP, MRP Manager/Client, FRD, LACP, Large Tree Support |
Managementfuncties | Port Configuration, ACD, Port-based DHCP-Server, CLI | Port Configuration, ACD, DHCP-Server (Pool-/Port-based, Option 82), CLI | Port Configuration, ACD, DHCP-Server (Pool-/Port-based, Option 82), CLI | Port Configuration, ACD, DHCP-Server (Pool-/Port-based, Option 82), CLI |
Diagnosefuncties | Port Statistics and Utilization, LLDP, SNMPv1/v2/v3, SNMP-Traps, syslog | Port Statistics and Utilization, LLDP, SNMPv1/v2/v3, SNMP-Traps, syslog | Port Statistics and Utilization, LLDP, SNMPv1/v2/v3, SNMP-Traps, syslog | Port Statistics and Utilization, LLDP, SNMPv1/v2/v3, SNMP-Traps, syslog |
Tijdsynchronisatie | - | Simple Network Time Protocol (SNTP) | Simple Network Time Protocol (SNTP) | Simple Network Time Protocol (SNTP) |
Cybersecurity - Network Access | RADIUS-authenticatie (IEEE 802.1X) | MAC-based Port Security, RADIUS Authentication (IEEE 802.1X) | MAC-based Port Security, RADIUS Authentication (IEEE 802.1X) | MAC-based Port Security, RADIUS Authentication (IEEE 802.1X) |
Automatiseringsprotocollen | PROFINET Conformance Class A, EtherNet/IP™, Extend Multicast-filtering | PROFINET Conformance Class B, PROFINET-Device, EtherNet/IP™, Extend Multicast-filtering | PROFINET Conformance Class B, PROFINET-Device, EtherNet/IP™, Extend Multicast-filtering | PROFINET Conformance Class B, PROFINET-Device, EtherNet/IP™, Extend Multicast-filtering |
Toelatingen | - | Maritieme toelatingen, ATEX, IECEx | Maritieme toelatingen | - |
Frequently Asked Questions (FAQ)
Een Managed Switch verbindt netwerkdeelnemers met elkaar en transporteert datapakketten van de zender naar de ontvanger. Managed Switches zijn met name geschikt voor grotere netwerken omdat ze functies bevatten om de stabiliteit van het netwerk te verbeteren, zoals:
- Configureerbaarheid: Gebruikers kunnen verschillende instellingen aanbrengen om het netwerk te optimaliseren.
- Redundantiemechanismen: Als netwerkdeelnemers of netwerkverbindingen uitvallen, blijft het netwerk functioneel.
- Beveiligingsfuncties: Indien correct geconfigureerd, kunnen Managed Switches onbevoegde toegang detecteren en het netwerk hiertegen contacteren.
- Diagnosefuncties: Managed Switches zijn de centrale bron van informatie over het netwerk. U kunt op elk moment een gedetailleerde diagnose stellen van apparaten, verbindingen en alle datacommunicatie en zo snel foutenbronnen elimineren.
Ethernet-switches verbinden de verschillende netwerkdeelnemers in op Ethernet gebaseerde netwerken met elkaar. Er moet een fundamenteel onderscheid worden gemaakt tussen twee soorten Ethernet-switches: Unmanaged Switches en Managed Switches. In tegenstelling tot Unmanaged Switches zijn Managed Switches configureerbaar en bieden ze veel opties voor apparaatconfiguratie en -diagnose. Unmanaged Switches kunnen daarentegen niet worden geconfigureerd en zijn daarom over het algemeen goedkoper en kunnen zonder kennis van netwerktechniek worden gebruikt.
Het gebruik van Managed Switches is zinvol in de volgende situaties:
- In grotere netwerken waarin veel netwerkdeelnemers met elkaar verbonden zijn
- Wanneer security-functies nodig zijn
- Als netwerkbewaking vereist is
- Als netwerksegmentatie vereist of gewenst is
- Als QoS, d.w.z. prioritering van gegevensverkeer, nodig is
- Wanneer het netwerk groeit en voortdurend of flexibel moet worden aangepast